Met een gedicht dat de Opstanding van de Zwingodin heet. En wat een mooi compliment: al staande opgestaan.
Hij leest het voor:
Opstanding van de Zwingodin
godin van de getijden
weet dat de zee niet slijt
Het zilte knarsetanden
van het zand ten spijt
Zou zij dan zelf als godin
genoegen nemen met minder
dan een plek in het Zwin
Ze denkt er niet over
Een Zwingodin hoort bij het Zwin
zoals zout bij het water van de zee
Ze houdt van wind, van eb en vloed
wie heeft daar nu moeite mee?
Als ze straks naar de hemel wijst
- genezen en in haar tweede leven -
moeten we haar dit nageven:
Ze is al staande opgestaan
Zilte knarsetanden... en dan die graafmachine... mooi beeld.
BeantwoordenVerwijderenEn een mooi stuk tekst hoor. Al staande opgestaan, dan moet maar een staande (!) uitdrukking worden!